- Producten
- Markten
- Services & Tools
- Nieuws & Media
- Duurzaamheid
- Blog
- Wij zijn Nexans
- Zoeken
- Neem contact op
- Vergelijken
- Inloggen
Rond kabels spelen een aantal temperaturen een rol.
Tijdens de installatie:
-
omgevingstemperatuur bij installatie.
Na de installatie:
-
omgevingstemperatuur tijdens gebruik
-
adertemperatuur tijdens gebruik.
Omgevingstemperatuur bij installatie
Idealiter is de omgevingstemperatuur tijdens installatie van de standaard installatiekabels niet lager dan 0 of 5°C. Bij lage temperaturen neemt de elasticiteit van de isolatie- en mantelmaterialen af. Als de kabel dan bewerkt wordt kunnen scheurtjes ontstaan in de isolatie of mantel, waardoor de installatie niet bedrijfszeker is. De minimale temperatuur tijdens installatie vind je in de datasheet.
Als je je strikt houdt aan een aantal regels van goed vakmanschap, dan kan kabel worden geïnstalleerd bij lage temperaturen tot -20°C:
- De kabel moet gedurende 24 tot 48 uur in een verwarmde ruimte van minstens 20°C worden bewaard.
- Tijdens het installeren moet de temperatuur van de kabelmantel goed worden gemonitord. Koelt hij te veel af (onder 5°C) dan moet hij opnieuw gedurende 24 uur opgewarmd worden.
- De buigradius moet tijdens het installeren nauwgezet gerespecteerd worden. Een kabel te ver buigen zet trekkrachten op de kabelmaterialen en aangezien de materialen minder elastisch zijn onder invloed van de kou, bestaat een verhoogd risico op scheuren.
Maximale adertemperatuur in bedrijf
Wanneer stroom door een geleider vloeit, warmt die geleider door het joule-effect op. Hoe meer stroom, hoe warmer die geleider wordt. Loopt de temperatuur van de ader te hoog op, dan zal zijn isolatielaag beginnen smelten wat aanleiding kan geven tot kortsluiting.
De maximale adertemperatuur of bedrijfstemperatuur (of in het Engels "operating temperature") wordt dus begrensd door het type isolatiemateriaal rond de geleider.
Enkele gangbare isolatiematerialen
Isolatiemateriaal | Maximale adertemperatuur in bedrijf |
voorbeeld |
Halogeenvrije isolatie |
70°C |
H07Z1-R |
PVC |
70°C |
H07V-R |
Rubber |
70°C |
LINEAX H07RN-F |
Halogeenvrije isolatie 90°C |
90°C |
H07ZZ-F |
PVC 90°C |
90°C |
H07V2-K |
Rubber 90°C |
90°C |
TITANEX H07RN-F |
XLPE |
90°C |
YMVK, YMZ1K |
Anders gezegd: bij gelijke doorsnede, kan er meer stroom vloeien door een kabel met XLPE-isolatie dan een met PVC-isolatie omdat die met XLPE een hogere adertemperatuur aan kan. Dit is ook de reden waarom men indertijd is overgegaan van de VMvK geïsoleerd met pvc naar YMvK die met XLPE geïsoleerd is.
Met het oog op de levensduur van je kabels, is het aangebevolen om de kabels niet voortdurend te belasten tot de maximale adertemperatuur omdat dit het thermische verouderingsproces versnelt.
Omgevingstemperatuur tijdens gebruik
De constructienormen van de standaard installatiekabels bepalen de toelaatbare omgevingstemperatuur tijdens gebruik met het bereik tussen -15°C en 60°C.
Bovengrens
Wordt de omgeving te warm, dan zal die de kabel opwarmen bovenop de opwarming die al gebeurt door het joule-effect. Dit verkort de levensduur van de kabel en verhoogt het risico op kortsluiting.
Deze toegestane maximale omgevingstemperatuur van 60°C geldt ook voor vuurbestendige kabels. Vuurbestendige kabels kunnen weliswaar een beperkte tijd van 1 tot 2 uur de hoge temperaturen verdragen die tijdens een brand worden gehaald, maar zijn daarna verkoold en aan vervanging toe.
Worden omgevingstemperaturen hoger dan 60°C verwacht, dan moeten daarvoor geschikte kabeltypes gekozen worden.
Ondergrens
Ook de toelaatbare minimum omgevingstemperatuur is belangrijk. Onder invloed van de koude worden de kabelmaterialen stijver.
Zal de kabel bij koudere temperaturen moeten functioneren, dan moeten de regels van goed vakmanschap nauwgezet gevolgd worden:
- De kabel mag na installatie absoluut niet meer bewegen. Dit wil zeggen dat hij niet mag worden verlegd en absoluut niet aan trillingen worden blootgesteld. Dit kan scheurtjes veroorzaken aangezien de kabelmaterialen zeer stijf zijn tijdens kou.
- Besteed ook aandacht aan de kabelfixeringen: die moeten uiteraard ook bestand zijn tegen de te verwachte vriestemperatuur– indien zij onder invloed van de koude zouden krimpen, dan kunnen ze de kabelmantel zodanig samenknijpen dat de kabel op die plaats wordt beschadigd waardoor de installatie niet meer bedrijfszeker is.
Onze websites
Kies het land voor lokale producten en oplossingen
-
Africa
- Africa
- Ghana
- Ivory Coast
- Morocco
- North West Africa
- Americas
- Asia
- Europe
- Oceania